Uit een enquête die ik recent hield, blijkt dat het boek Schoonheid, welzijn, kwaliteit
uit 1990 van Warna Oosterbaan wordt beschouwd als het belangrijkste
boek over cultuurbeleid van de afgelopen honderd jaar. Op de tweede
plaats eindigde Overheid en kunst in Nederland van Emanuel Boekman (1939), derde werd Een economie van de kunsten van Hans Abbing (1989).
In februari van dit jaar benaderde ik vijfentwintig wetenschappers en
beleidsbepalers met de vraag naar de belangrijkste boeken over
cultuurbeleid en cultuurmanagement van de afgelopen honderd jaar.
Oosterbaan had net iets meer pleitbezorgers dan Boekman.
Kunstbeleid en verantwoording
Oosterbaan (die we de laatste decennia kennen als redacteur van NRC Handelsblad en als bijzonder hoogleraar Journalistiek en Samenleving aan de Erasmus Universiteit) baseerde zijn boek Schoonheid, welzijn, kwaliteit. Kunstbeleid en verantwoording na 1945 in belangrijke mate op een onderzoek dat hij medio jaren tachtig deed in opdracht van het ministerie. De studie
gaat over het kunstbeleid van de rijksoverheid na de Tweede
Wereldoorlog. Centraal staan de twee soorten problemen waarmee de
overheid te kampen heeft en vooral hoe zij daarmee omgaat. De eerste
hoofdstukken gaan over de legitimering van de rijksoverheidsuitgaven
voor de kunst, de latere hoofdstukken over de toewijzingscriteria voor
kunstsubsidies.
Boekman, niet voor niets de naamgever van het kenniscentrum
voor kunst, cultuur en beleid, eindigde kort achter Oosterbaan. Boekman
was opgeleid als typograaf en was van in de jaren dertig tweemaal
wethouder in Amsterdam voor de SDAP. In 1939 promoveerde hij op het
proefschrift Overheid en kunst in Nederland.
Zijn studie bestaat uit een overzicht van de verhouding tussen overheid
en kunst in de 19e en 20e eeuw en een visie op het toekomstig
cultuurbeleid van rijk en gemeenten, waarbij twee zaken voor hem
belangrijk waren: het verheffen van het volk via de kunsten en het geven
van opdrachten voor kunst bij bouwwerken.
Misschien verrassend is de derde plek voor Een economie van de kunsten (1989) van Hans Abbing. Dit boek eindigt voor Roel Pots (met het historische overzicht Cultuur, koningen en democraten uit 2000) en de verzamelde opstellen van Jan Kassies: Op zoek naar cultuur
(1980). Abbing besteedt aandacht aan de problematische verhouding
tussen de kunsten en de economie. Daarbij komen de opleiding van de
kunstenaar, de aantrekkingskracht van het beroep, zijn positie op de
arbeidsmarkt en de oorzaken van de beperkte werkgelegenheid uitgebreid
aan bod.
Cultuurmanagement
Op de vraag naar de belangrijkste Nederlandse publicaties van de
afgelopen honderd jaar kwamen niet alleen antwoorden die op het
cultuurbeleid betrekking hadden. Er werden ook boeken genoemd op het
gebied van het cultuurmanagement. Die top 5 luidt als volgt:
1. Annick Schramme (red) - Cultuurmanagement. De regels van de kunst, 2011.
2. Giep Hagoort - Art Management Entrepreneurial style, 2004.
3. Annick Schramme (red.) - Geld & Cultuur: Cultureel ondernemerschap in financieel moeilijke tijden, 2013.
4. Annet van der Zee (red)- Management voor de Culturele sector, 2011.
5. Ruurd Mulder - De kunst van cultuurmarketing, 2008.
Een volgende keer meer aandacht voor het vakgebied van het
cultuurmanagement, dat duidelijk pas in de afgelopen decennia tot wasdom
is gekomen.
Iedere opdrachtgever weet wat hij wil. Maar niet iedere opdrachtgever weet wat er nodig is. Het verschil daartussen is de waarde die ik toevoeg. Bij bureau Berenschot werk ik als adviseur en interim-manager in de culturele sector. Ik wijs de weg, help en zorg dat als een opdracht is voltooid, de situatie beter is dan toen ik kwam. Mijn drijfveer is om overheden en culturele organisaties verder te brengen. Met deze blog deel ik mijn ervaringen, inzichten, tips en adviezen.
Cor Wijn - Interimmanagement & cultuurbeleid
Zoeken in deze blog
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten